Samenvatting projectplan De Nederlandse Datakluis

Situatieschets.

Tim Berners-Lee ontwierp het World Wide Web in 1993. Het kreeg een open karakter. Deze openheid leidde de afgelopen 30 jaar tot een ware revolutie. Miljarden mensen kregen toegang tot informatie die voorheen niet bereikbaar was, bedrijven kregen veel eenvoudiger toegang tot een wereldwijde markt, internationale samenwerking werd aanzienlijk makkelijker, kennis stroomde over de wereld en communicatie met de andere kant van de wereld kwam voor bijna iedereen binnen handbereik. Onvoorzien gevolg is dat mensen op allerlei manieren sporen nalaten op het internet die centraal kunnen worden opgeslagen. Bij alles wat je klikt, kijkt, leest of luistert, laat je data achter over je gedrag. Deze data wordt gebruikt voor doelen waar gebruikers zich niet altijd bewust van zijn, bijvoorbeeld voor commerciële doelen zoals profilering en verhandelen van data. Daarvoor worden cookies gebruikt, logins en zogeheten ‘first party’ data-verzamelingen, maar vooral systemen van grote internationale technologiebedrijven. 92% van deze data in de westerse wereld is in eigendom van Amerikaanse bedrijven, slechts 4% is opgeslagen in Europa. We zijn de grip op onze eigen, persoonlijke data kwijtgeraakt. Het gaat om data die veel vertelt over wie je bent. Ze onthult je smaak, interesses, hobby’s, heimelijke verlangens, politieke voorkeur, religieuze overtuiging, gender, seksuele oriëntatie en nog veel meer. Het huidige datamodel heeft dan ook grote repercussies voor onze privacy. Bovendien wordt deze data gebruikt om algoritmen te voeden die content voorschotelen. Verkeerd geprogrammeerde algoritmen veroorzaken filterbubbels en werken polarisatie in de hand. De monopolisering van data heeft bovendien grote economische consequenties. Wie de data in handen heeft, kan markten domineren. Er is een kans om dit te kantelen. Welk land die slag kan maken, loopt voorop in de ontwikkeling van de data-economie van de nabije toekomst. Precies dat is de kern van dit plan.

Momentum.

Al jaren wordt gespeculeerd over de mogelijkheid om data aan individuen terug te geven en op te slaan in een eigen persoonlijke omgeving op het internet. Meerdere initiatieven zijn genomen en toepassingen ontwikkeld, maar geen daarvan heeft ooit echt schaal kunnen ontwikkelen. Wetgeving en beleid sturen richting een andere omgang met data. Er is momentum, het is evident dat het belang van het individu steeds meer centraal zal komen staan in de ontwikkeling van het internet in de komende tien tot twintig jaar. “Web 3” is een begrip geworden voor de ontwikkeling van een decentraler internet, waarvan de kern is dat data en diensten van elkaar losgekoppeld worden om interoperabiliteit tussen platformen te kunnen garanderen. Technologie en protocollen om persoonlijke data op te slaan in een persoonlijke omgeving, in de vorm van een persoonlijke datakluis, komen op een niveau dat grootschalige toepassing reëel maakt. Maar toch, de ontwikkeling is nog pril. Er is nog veel technologische ontwikkeling nodig om de datakluis toepasbaar te maken in een samenhangend ecosysteem en op grote schaal. De technologische ontwikkeling vraagt inbedding in organisatiemodellen en juridische structuren die tot op heden niet zijn uitgedacht. En zeker niet onbelangrijk, de toepasbaarheid in concrete businessmodellen zal bewezen moeten worden om maatschappelijke organisaties en commerciële bedrijven te overtuigen dit nieuwe model te adopteren door niet meer altijd zelf persoonlijke data te verzamelen, maar gebruik te maken van een generieke faciliteit die het individu de controle geeft.

Er is behoefte aan een datakluis.

Uit onderzoek blijkt dat 89% van de Nederlanders behoefte heeft aan meer controle over de eigen gegevens. Veel mensen zijn bezorgd over de manier waarop grote internationale bedrijven persoonlijke data gebruiken. De ervaring is in elk geval dat data wordt gebruikt voor commerciële toepassingen, vooral voor advertenties. Dat blijkt ook uit de omzetcijfers van de belangrijkste “Big Tech”-bedrijven: 85% van de omzet van Alphabet (het moederbedrijf van Google) bestaat uit advertentie-inkomsten en voor Meta (van Facebook en Instagram) is dat zelfs 98,8%! Big Data dekt de lading dus beter. Ten behoeve van de Nederlandse Datakluis heeft Ipsos een groep representatieve Nederlanders een aantal vragen voorgelegd over hoe zij met hun persoonlijke data omgaan en het concept van een persoonlijke datakluis. Nederlanders geven meestal toestemming tot het gebruik van hun persoonlijke data via cookiewalls, maar geven nadrukkelijk aan dat te doen omdat het ‘lastig’ is die toestemming te weigeren. De meeste respondenten zijn daarom zeer positief over het idee van een persoonlijke datakluis en geven aan een datakluis te willen gaan gebruiken. Gebruiksgemak en meerwaarde zijn essentiële randvoorwaarden die in het project een belangrijke plek krijgen.

> Lees verder over het maatschappelijk belang van Stichting Nederlandse Datakluis.